nTLD, investeerders en beleggers
Over het nut van een nTLD is veel discussie mogelijk. Ze kunnen ondernemers en burgers een alternatief bieden als de gewenste domeinnaam met een reguliere extensie al is geregistreerd. Een aantal van de nieuwe extensies is vooral geschikt voor taalzones met afwijkend schrift. Wat dat betreft zou er een normale vraag en dus ook groei van het aantal registraties moeten zijn.
De werkelijkheid is duidelijk anders. Een aanzienlijk deel van de nieuwe registries en registrars voor specifiek dit deel van de domeinnaammarkt opereert als investeerder of belegger. Hoge tarieven voor gereserveerde namen of agressieve marketing om zo snel mogelijk tot een groot marktaandeel te komen zijn nadrukkelijk zichtbaar.
Dat de markt hier niet op zit te wachten blijkt dan ook uit de cijfers. De krimp laat zien dat menig investeerder op zoek moet naar een ander businessmodel. Dat registries en registrars in de problemen zijn beland is bekend. Het aantal zal alleen maar toenemen.
Gewone TLDs
Betekent dit ook dat de vraag naar domeinnamen met “gewone” extensies onder druk staat? De cijfers van GoDaddy en anderen laat zien dat een .com nog steeds veel gevraagd is. Ook bij .NL is – voor een volwassen markt – weinig acute reden voor zorg.
Desalniettemin is de grote neergang van nTLDs iets waar ook een Nederlandse hoster last van kan krijgen. De kans dat hij via dat enorme aanbod nieuwe klanten kan werven of de omzet per klant (ARPU) kan verhogen is duidelijk niet zo groot. De meerwaarde van een groot aantal nTLD registraties is steeds moeilijker aan te tonen. Helemaal bij een krimp onder de nTLDs van 14 procent sinds begin 2021 en sinds september met 21 procent.
