zendmast

Zendmasten zijn even interessant als datacenters

zendmastVodafone doet de eigen zendmasten van de hand en dat is om de zelfde reden waarom datacenters worden verkocht. De Britten brengen de 82.000 eigen masten onder in een apart bedrijf, Vantage Towers, dat een beursnotering in Frankfurt moet krijgen. Men hoopt op een totale beurswaarde van circa 15 miljard Euro.

Infras afstoten

Vodafone is niet de eerste telco in Europa die afstand neemt van een essentieel deel van de infrastructuur. Cellnex, bekend van de radiotoren in Lopik, is een bedrijf dat uitblinkt in het opkopen van zendmasten van telco’s. Orange is via Totem ook bezig de torens te vervreemden. Het ene bedrijf wil zoveel mogelijk van de eigen infra en het eigen vastgoed af. De ander ziet een goede businesscase in het onderhouden en verhuren ervan.

Vantage Towers zal niet geheel los komen te staan. De telco brengt namelijk maar een minderheid van het aantal aandelen naar de beurs. Daarmee kiest het voor een oplossing die afwijkt van wat andere telco’s in en buiten Europa al hebben gedaan. Maar ook met het deel dat nu naar de beurs gaat kan Vodafone tevreden zijn. Beleggers zouden er tot 2 miljard Euro voor willen betalen.

De link met datacenters

Dat institutionele beleggers aandelen in een zendmastenbeheerder kopen lijkt vreemd. Bijna net zo vreemd als dat deze groep beleggers datacenters koopt. De logica is echter in beiden gevallen hetzelfde. Beleggers met een lange termijn visie zoeken naar een bestemming van het geld dat over een lange periode een gegarandeerde opbrengst mogelijk maakt.

Retail en hotels waren lange tijd zeer aantrekkelijk voor beleggers. Om meerdere redenen zijn ze dat al jaren niet meer. Daarnaast zijn er voor bijvoorbeeld pensioenfondsen bindende voorwaarden voor investeringen. Beleggen in bestaand vastgoed, met bekende kredietwaardige klanten staat daar vaak hoop op de lijst. Ook andere beleggers kijken naar het type klant van de klant. Dat is net zo belangrijk als de sector.

Druk te verkopen

Datacenters en zendmasten hebben voor beleggers gemeen dat er steeds meer gebruik van wordt gemaakt. Een klant kan niet zomaar opstappen, dus de inkomsten zijn redelijk goed in te schatten. Daardoor is een enorme druk ontstaan om zendmasten en datacenters in de etalage te zetten. De telco’s hebben als eerste toegehapt door de eigen datacenters te vervreemden. Met die opbrengsten konden ze de schulden een beetje afbouwen. In de meeste gevallen waren colo diensten toch ook weer niet de core business van de telco. Het afscheid nemen viel dus makkelijk, ook al waren de opbrengsten gering.

Bij de zendmasten ligt het wel iets anders. De verkopende partij bindt zich aan de kopende partij met huur voor een langere periode. In ruil daarvoor zijn basis onderhoud en beschikbaarheid maximaal geoutsourcet. Daarnaast gaat het om veel meer objecten dan het handjevol datacenters dat een telco heeft voor non-telco diensten.

Wie het verschil in type object en de aantallen terzijde schuift ziet dat er nog wel wat meer overeenkomsten zijn tussen een zendmast en een datacenter. Een overeenkomst is dat de gebruiker zelden de eindklant is. De andere overeenkomst is dat in alle gevallen de eigenaar weinig tot geen affiniteit heeft met de diensten die vanuit zendmasten of datacenters worden aangeboden. Dat kan de eindklant en ook de huurder van het object merken.